OVER HET SCHARRELLEVEN EN DE JACHT OP KWALITEIT

(Door Peter Flik, photosooph te Hongarije) 


Ontving een brief van vriendin Miep die samen met haar echtgenoot Hans ook al jaren in Hongarije woont.
      Er was een uitnodiging bij om een bezoek te brengen aan een biologische boerderij midden in een kolossaal natuurgebied.
      Zij schreef:

Foto: Hans Molenkamp 


In Nederland probeerden wij al bewuste eters te zijn. Lam en rund van Marokkaanse

slager. Groenten en kruiden zoveel mogelijk uit eigen kas. En kaas van markt in

Rotterdam waar een man uit Woerden zijn eigen producten verkocht. En daarna

natuurlijk een grote puntzak patat bij Bram Ladage, waar de aardappels onder je

neus geschild werden en vers gesneden de verse olie in gingen.

      De eerste kipfilets die wij hier in Hongarije kochten waren een wonder. Ze spetterden niet en

bleven het formaat zoals ze de pan in gingen. Deze filet is ondertussen verleden

tijd. Het verwateren van vlees (in de supermarkten) is hier ondertussen ook

gemeengoed geworden. En na de reportage over roze slijm in het gehakt en

hamburgers draait onze vleesmolen nog meer dan voorheen ons eigen gehakt van

vlees van de geitenboerin. Over hamburgers kan ik niet zoveel vertellen, omdat

ik ze zeer zelden eet. Het moet ongeveer vier jaar geleden geweest zijn dat ik

de laatste tot mij nam en daarvoor zat er ook minstens acht jaar tussen. Om de

doodeenvoudige reden dat ik wil weten wat ik eet.

      Verse pasta maak ik al jaren zelf. In de la ligt een zak met mooie gedroogde pasta

voor het geval er nood aan de man is. Voor het verse pastadeeg wordt natuurlijk

gebruik gemaakt van de eieren die onze eigen kippen leggen. Pizza eten we elke

week wel een keer en altijd uit eigen keuken, met de hand gekneed lekker rustend

bij de warme kachel. Ik versier ze met eigen tomatensaus en basilicum (ja, die

vriezer is toch een pracht uitvinding), knoflook uit eigen tuin en de buffel

mozzarella, ansjovis en pecorino van de Italiaanse winkel uit Pécs.

      Groente en fruit halen we in de zomer uit eigen tuin en in de winter op de markt.

Maar waar halen we ons vlees en kaas vandaan? In de omgeving kennen we vijf

geitenboerinnen. Inderdaad, allemaal vrouwen met eigen kuddes vee. Één ervan is

Andras Zsuzsa. De naam Zsuzsa wordt hier nogal veel gebruikt en daarom voegen we

er zelf altijd iets aan toe. De naam van het dorp of partner. Andras is de

partner van Zsuzsa, vandaar. Ze heeft een veestapel die bestaat uit geiten,

grijs rundvee, schapen, mangalica varkens en ezels. Deze dieren hebben een

geweldig mooi grondstuk van dertig hectare of meer met sappig groen gras ter

beschikking .

      Er staan prachtige bomen die in de zomer de perfecte schaduwplek

zijn. Ze hebben een goud leven en als dank leveren ze fantastisch mooie

producten. In de vorm van melk, kaas, vlees en worsten. Afgelopen december waren

we er samen met onze vriend Jan. Eigenlijk alleen om kaas te kopen maar we

vertrokken met twee prachtige stukken mangalica varken, de haas van dat zelfde

varken en de haas van het grijze rund. Maar natuurlijk ook kaas en worsten. En

één van die worsten heeft mij zo nieuwsgierig gemaakt dat ik er gisteren een

biefstuk van de haas van heb besteld. Die worst was namelijk van ezel gemaakt.

Ezel? Ja, ezel. En volgende week als wij ervan geproefd hebben zal ik laten

weten hoe het heeft gesmaakt. Wij hopen dat het op paard lijkt.


            

 

 

Klik HIER voor alle Photosophieën