Participizzaparty’s & zwaaistoplichten

Verjaardagsprotocol

De prachtserie De Luizenmoeder was herkenbaar. Niet alleen voor ouders maar ook voor grootouders zoals wij, die de afgelopen vijftien jaar redelijk vaak onze zeven kleinkinderen van school haalden en trouwens nog steeds halen. Onderwerp van gesprek ook op die scholen. Juf Ank was alom aanwezig.
      En… het leverde een hausse aan nieuwe woorden op. Verjaardagsprotocol bijvoorbeeld.
Kinderen die op dezelfde dag jarig zijn, mogen niet op dezelfde dag trakteren. Ook bepaalde producten -drop bijvoorbeeld- zijn taboe.


Overprotocollisering

Het verjaardagsprotocol is bepaald niet het enige voorschrift. Ik vond ook dyslexieprotocollen, hoofdluisprotocollen, gescheidenoudersprotocollen, groepsindelingsprotocollen, pestprotocollen, afhaalprotocollen en gezondevoedingsprotocollen.
      Er is -vinden veel leerkrachten en ouders- sprake van overprotocollisering.


Ontprotocolliseren

Om de wildgroei in protocollen te beteugelen pleiten onderwijsdeskundigen voor een proces van ontprotocollisering.
      Of dat volgens een bepaald protocol moet weet ik eigenlijk niet.
Niet te hopen, want dan moet je spreken van een ontprotocolliseringsprotocol. 


Participizzaparty

Het mooiste woord in de serie was natuurlijk de heerlijk allitererende participizzaparty.
      Een avond voor ouders, waar de onderwijsproblemen, de prestaties van de kinderen en de diverse protocollen besproken worden, terwijl de deelnemers in het kader van de participatie zelf pizza’s maken. En er een participizzapilsje bij drinken.


Zwaaistoplicht

En dan was er ook nog het zwaaistoplicht. Ingevoerd voor ouders, die maar geen afscheid van hun kroost kunnen nemen. Als het op groen staat mag er gezwaaid worden. Gaat het naar oranje dan is dit het sein om op te houden en als het licht op rood staat ‘’mag er niet meer gezwaaid worden anders zwaait er wat’’.


Groenevingersmoeders

Luizenmoeders staan onder in de hiërarchie. Zij worden aangestuurd door een luizencoördinator.
      Daarnaast zijn er ook groenevingersmoeders, leesmoeders, hulpmoeders, taalmoeders en inlevingsmoeders.
Vaders zijn er vooral om klusjes te doen, timmeren, websites in elkaar zetten en bij uitstapjes voor het vervoer zorgen.
      Luizenvaders zijn nauwelijks te vinden.