:
Vlegelt dol en dof
Dorsen is een ambacht uit vervlogen tijden. Het is een techniek waarbij de graankorrels uit de aren worden geslagen met een zogeheten vlegel.
Zo’n (dors-)vlegel bestaat uit een lang stuk hout dat in de hand wordt vastgehouden en een kort, dik stuk hout, waarmee het te dorsen graan geslagen wordt. Die stukken hout zijn met een touw aan elkaar verbonden.
Een methode ook om het kaf (omhulsel van de graankorrels) van het koren te scheiden. Tegenwoordig gebeurt dat bij ons natuurlijk machinaal.
De Belgische dichter René de Clerq (Deerlijk 1877) liet zich door dit ambacht inspireren.
Hij schreef:
Dorserslied
Vlegels op, en vlugge
Plof!
Kromt uw nek en rugge,
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor ’t hof!
Vlegelt dol en dof
Beukt de vlakke vloeren
Plof!
Maakt ze rijk, de boeren
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor ’t hof!
Vlegelt dol en dof.
Vult de diepe zakken
Plof!
O, de boer zal bakken
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor t hof
Vlegelt dol en dof
Geld en drank en eten,
Plof!
Alles nieuw gemeten,
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor ’t hof!
Vlegelt dol en dof
Kaf dat kunt ge krijgen,
Plof!
Om d’r op neer te zijgen
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor ‘t hof
Vlegelt dol en dof!
Vlegels op en vlugge
Plof!
Kromt uw nek en rugge
Plof!
Niets voor ’t huis en al voor ’t hof
Vlegelt dol en dof.
Klik HIER voor alle ZoekPoëzie