Omstreden zandwinning op arm eiland

   

 

(Door Rolf Weijburg)

Vanaf zee is Codrington, de “hoofdstad” en enige nederzetting van Barbuda, onderdeel van de Caribische natie Antigua & Barbuda, per boot eigenlijk niet te bereiken. Kijk maar op de kaart. Het plaatsje ligt aan de binnenkant van Barbuda’s grote lagune en de enige doorgang van die lagune naar open zee in het noorden, is een gevaarlijke route vol ondiepten, koraalbanken en mangrovewouden en wordt derhalve alleen gebruikt door Barbudanen met kleine motorbootjes, die de weg kennen.
      We lagen voor anker midden voor het prachtige bijna 20 kilometer lange Palm Beach en besloten de dinghy naar het strand te varen en het vaartuigje over het zand van de hier nog geen honderd meter brede landstrook te trekken en dan de lagune over te steken naar Codrington.

Dinghy

   

Het strand was maagdelijk onberoerd zover het oog reikte. Zo’n 10 kilometer naar het zuiden echter, buiten het zicht van dit kleine gezelschap met hun dinghy, was datzelfde strandzand al jarenlang onderwerp van ergernis, vijandigheid, ongerustheid, rechtszaken, politieke intriges en grove verrijking.


Zandafgravingen

   

Bij Palmetto Point is al sinds eind jaren zeventig van de vorige eeuw een grootscheepse zandafgraving aan de gang. Het is de grootste industrie op Barbuda en het zand wordt gebruikt voor allerlei bouwprojecten op Antigua, voor het ophogen en perfectioneren van zijn door toeristen zo gekoesterde stranden en voor de export naar andere Caribische eilanden. Er wordt enorm veel geld mee verdiend, dat in de zakken van Antiguaanse en Amerikaanse ministers, bedrijfsbonzen en bankiers verdwijnt.

Geen Barbudaan die er rijk van is geworden.

De Barbuda Council heeft bij diverse gelegenheden haar ongenoegen uitgesproken, resoluties opgesteld, protest aangetekend en geprocedeerd, maar het afgraven ging gewoon door. Een tien jaar durende rechtszaak zette uiteindelijk weliswaar een drietal grote jongens van het Amerikaans-Antiguaans zandwinningbedrijf achter de tralies, maar die kwamen na een maand weer vrij en het afgraven ging gewoon door.
      Barbuda ontving nauwelijks geld en het eiland bleef een onderontwikkeld backwater, zonder bijvoorbeeld verharde wegen terwijl er wél een asfaltweg werd aangelegd speciaal voor de vrachtwagens die het gewonnen zand vanaf Palmetto Point naar het haventje bij Martello Tower moesten vervoeren.
      Ondertussen hadden allerlei onderzoeken aan het licht gebracht dat de zandwinning na al die jaren nogal wat gevolgen had voor het ecologisch evenwicht in het gebied. Stromingen veranderden en het fragiele Barbuda, één van de laagste eilanden in de Oostelijke Cariben, kalft af op plekken en met een snelheid die vroeger ondenkbaar was. Voeg daar de klimaatverandering aan toe en allerlei worst case scenarios bieden zich aan. Toch blijft de zandwinning, ook vandaag nog, onverminderd doorgaan.

De macht van het geld, de wereld in een notendop.

   


De Oversteek

Ondertussen sleepten we met z’n vijven als Caribische Fitzcarraldo’s de dinghy in de schaduwloze hitte over het zand naar de top van het lage duin, tussen de dorre struiken door en weer naar beneden tot aan de rand van de lagune. Het was gelukt. We duwden het bootje het water in, gingen aan boord, startten de buitenboordmotor en zetten koers naar de jetty van Codrington, een kilometer of twee verderop aan de overkant van de lagune.

Er stond een flinke wind die de lagune vulde met korte steile golfjes die algauw over de randen van de laag in het water liggende dinghy begonnen te slaan. We moesten vaart minderen, maar tegelijkertijd begon het opeens nóg harder te waaien en stortte een plotselinge heftige regenbui zich precies over de lagune van Barbuda uit.
      De overkant was door de regen nog maar nauwelijks zichtbaar. Het bootje liep vol. We waren nu midden op de lagune en moesten uit alle macht hozen om te voorkomen dat het bootje zich geheel met regen- en lagunewater zou vullen en ten onder ging.
      Ik denk niet dat iemand ons gezien heeft, maar het moet er toch wel interessant hebben uitgezien: een dinghy met een vijftal heftig hozende figuren, die in de stromende regen midden op een soort meer in een eiland in de Caribische zee, langzaam en steeds dieper in het water voortvoer.


Arawak Indianen

   

Absolute amateurs, mietjes, waren we natuurlijk vergeleken met de Arawak indianen die rond het begin van onze jaartelling in hun kano’s helemaal vanuit Zuid-Amerika de Caribische eilanden koloniseerden en zich ook op Barbuda settelden. Ze werden rond 1200 verdreven door krijgslustige Carib indianen uit Dominica en Saint Kitts. Toen in 1666 de eerste Britse kolonisten een nederzetting stichtten op het eiland werden die dan ook regelmatig door Carib indianen aangevallen.
      Honderd jaar later waren de meeste indianen vermoord (tegenwoordig wonen er alleen op Dominica nog een paar duizend Caribs in armoede in een reservaat) en was Barbuda door een lease van de Britse Kroon een soort privé eigendom van de rijke van oorsprong Britse Codrington familie geworden. U begrijpt nu ook de naam van de ”hoofdstad”.


"Slavenkwekerij''

De Codringtons bezaten grote suikerrietplantages op Antigua en op Barbados. Barbuda werd gebruikt als bevoorradingsstation waar cassave en maïs verbouwd werd en vee gehouden, katoen geteeld en gereedschap gefabriceerd. Rond 1780 graasde er 400 stuks vee, waren er 8000 schapen, 2000 geiten, honderden paarden, ezels en muilezels en was er veertig hectare landbouwgrond. 
      Barbuda was een groot bedrijf waar alle arbeid werd verricht door een paar honderd slaven die de Codringtons uit West-Afrika importeerden. Of het slechts plannen waren of de macabere realiteit was, is niet helemaal duidelijk maar hardnekkige geruchten houden vol dat de familie er op Barbuda een soort “slavenkwekerij” op na hield waar slaven werden “gekweekt” voor de export naar Antigua en Barbados …

De Codringtons leasden het eiland tot 1870, ver na de afschaffing van de slavernij, waarna Barbuda een dependency van Antigua werd.


Gered

Het kleine gezelschap dat vanaf Palm Beach met de bijna zinkende dinghy de regen en golven van de lagune trotseerde, ploeterde al hozend tergend langzaam voort.
      Maar ze redden het.

Eenmaal bij Codrington jetty aangekomen, hield de regen abrupt op en was er niets anders dan strak blauwe lucht boven Barbuda alsof er nooit iets was gebeurd.
      Als verzopen katten klauterden we aan wal.

   

 

 

 

 

Rolf Weijburg's Atlas van de 25 kleinste landen in de wereld

Klik HIER voor alle afleveringen