----------------------------------------------------------------

VERVOLG van 
Grenada The spice Island

Operation Urgent Fury 

(Door Rolf Weijburg)

De angst voor het communisme zat er goed in in die tijd en de landen in de regio, en niet in het minst de VS, waren zich sinds Grenada zich 1979 tot de Soviet-Unie en Cuba had gewend, ernstig zorgen gaan maken.
      Toen Maurice Bishop in 1983 werd vermoord en Grenada politiek nóg verder naar links draaide, sprongen alle voelsprieten op tilt. Koortsachtig overleg op het hoogste niveau volgde. De OECS (Organisation of East Caribbean States) kwam in spoedberaad bijeen. Militair ingrijpen leek de enige optie.
      Probleem was alleen dat de zes lidstaten van de OECS (Dominica, St Lucia, St. Vincent, Montserrat, St. Kitts & Nevis en Antigua),  helemaal geen leger hádden. Voor militaire hulp richtte de OECS zich daarom tot Jamaica en Barbados, twee landen in de regio met een leger, en tot de VS die, bang als ze waren voor een tweede Cuba in de achtertuin, bij wijze van spreken al stonden te trappelen om te interveniëren. Het “officiële verzoek” van de OECS en later van de CARICOM (Caribbean Community) was een welkome steun in de rug.
      Bovendien zat er een kleine duizend Amerikaanse ingezetenen, hoofdzakelijk studenten op de Saint George’s Medical School, vast op Grenada hetgeen een invasie/evacuatie alleen maar leek te legitimeren.

Ronald Reagan belde zijn legerchefs: Operation Urgent Fury kon van start gaan. Het zou de grootste Amerikaanse militaire interventie worden sinds de Vietnam oorlog.

Er moest snel gehandeld worden. Wat hielp was dat de VS toevallig twee vliegdekschepen en een aantal andere oorlogsschepen “in de buurt” hadden die op weg waren naar de burgeroorlog in Libanon. De schepen kregen de opdracht naar Grenada op te stomen.
      Onderwijl waren de voorbereidingen in Amerika in volle gang. Verloven werden ingetrokken. Bataljons werden klaargestoomd. Hercules C-130 transportvliegtuigen werden gevuld met jeeps, wapentuig en pantservoertuigen. Verkenners gingen vooruit en vlogen naar Barbados waar ze met helikopters naar de inmiddels bij Grenada aangekomen schepen vlogen en ‘s nachts met snelle Sea Fox rubber boten in de buurt van Pearl’s Airport aan land gingen. Hun bevindingen: er lagen uitgestrekte koraalriffen voor de kust waardoor landing van materieel en soldaten met amfibievoertuigen uitgesloten was en er direct op Pearl’s Airport zou moeten worden aangevlogen. Dat had ik ze ook wel kunnen vertellen: het rif voor de noordoostkust van Grenada ligt bezaaid met scheepswrakken en het naburige Grenville stond daarom in heel Grenada bekend  als “de piratenstad”.


Militia

 

Revolutionary Militairy Council

De Revolutionary Militairy Council (RMC) die na de moord op Bishop de macht had overgenomen op Grenada, was zich inmiddels wel bewust van een op handen zijnde invasie. Omdat Grenada nog steeds lid was van het Britse Gemenebest dacht het aanspraak te kunnen maken op Britse bescherming, maar vanwege een foutief telexadres kwam de vraag hierom nooit bij de Britse overheid terecht, maar bij een fabrikant van plastic zakjes ergens in het Londense West End. Ook op hulp van de Cubanen kon niet zomaar worden gerekend.
      Op Cuba was Maurice Bishop een held en zijn gewelddadige dood kon niet worden goedgepraat. Het sturen van Cubaanse troepen was daardoor uitgesloten. Tegelijkertijd kon Cuba, na alle ideologische en materiële investeringen in Grenada het land niet zomaar afschrijven en de rug toe keren. Als tussenweg werd besloten om de aanwezige 750 man Cubaanse adviseurs en arbeiders, hoofdzakelijk werkzaam aan het nieuwe vliegveld bij het zuidelijke Point Salines, te bewapenen en onder commando van een in te vliegen Cubaanse kolonel te laten meevechten met de Grenadaanse Revolutionaire troepen.
      Alle Cubaanse werknemers hadden vóór uitzending naar Grenada een militaire opleiding gevolgd, dus dat hielp. Als eerste voorbereidende verdedigingsaktie blokkeerden de Cubanen de landingsbaan van het nieuwe vliegveld met containers, vrachtwagens, bulldozers en ander materiaal en werden grote puntige stalen pinnen, als een soort kraaienpoten in het asfalt van de landingsbaan geslagen. 


Invasie


Defence force

Ongeveer tegelijkertijd dat de Amerikaanse verkenners in het noordoosten aan land gingen en erachter kwamen dat koraalriffen een landing vanaf zee onmogelijk maakten, kwam een AC-130 gevechtsvliegtuig dat het zuidelijke Point Salines naderde er achter dat ook landen op het nieuwe vliegveld vanwege de blokkades onmogelijk was. De transportvliegtuigen vol manschappen en materieel die er twee uur later zouden moeten landen werden onderweg gewaarschuwd en inderhaast werd de tactiek aangepast en de troepen in de lucht klaargestoomd voor een overhaaste parachutedropping.
      Ook de zware wapens en munitie zouden, eenmaal boven het vliegveld aangekomen, per parachute overboord worden geschoven. De vliegtuigen vlogen, om buiten zicht van de radar te blijven, laag in. Eigenlijk té laag om veilig met een parachute te kunnen landen, maar de 250 manschappen en materiaal kwamen in de vroege ochtend van 25 oktober niettemin veilig aan de grond. Slechts één parachutist brak zijn been en een ander bleef in een boom hangen. 


Helikopters

In het noorden vertrok een aantal gevechtshelikopters vanaf de schepen voor de kust om Pearl’s Airport aan te vallen. Helikopters vol materiaal stegen op vanuit Barbados. Vliegtuigen dropten parachutisten. Vier parachutisten kwamen daarbij in de branding terecht, raakten verstrikt in de koorden van hun parachutes en verdronken. Het werden de enige slachtoffers bij deze aanval, de meeste verdedigers gaven de voorkeur zich over te geven in plaats van terug te vechten en ook in de tweede stad van het land, Grenville, ondervond de invasiemacht weinig weerstand. Om half zeven ‘s ochtends kon zowel op Pearl’s Airport als in Grenville het overwinningssein worden gegeven.

                            Bij de aanval op het vliegveld werd het Cubana vliegtuig waarmee de Cubaanse kolonel Tortolo die het commando over de geïmproviseerde Cubaanse troepen voerde was ingevlogen, onbruikbaar gemaakt. Zestien jaar later, toen ik min of meer per ongeluk op het inmiddels niet meer gebruikte en deels door lokale autobezitters als racebaan gebruikte half overwoekerde vliegveld stuitte, stond het vliegtuig er, omringd door grazende koeien, nog steeds …


Parachutisten

Op Point Salines bleek de weerstand een stuk heviger. De Cubanen waren goed getraind en hun luchtafweergeschut zat de Amerikanen flink dwars. De gedropte parachutisten konden echter onder bescherming vanuit de lucht met behulp van bulldozers de landingsbaan vrijmaken waarbij met een wals de in het asfalt geslagen stalen pinnen platgewalst konden worden. De Amerikaanse vliegtuigen konden nu landen en meer manschappen (hoofdzakelijk Amerikanen maar ook, voor de symboliek, wat soldaten uit Jamaica en Barbados) en materieel kon worden aangevoerd.
      De strijd verplaatste zich al gauw naar de hoofdstad Saint George’s. In het noorden van de stad werd op de Queen’s Park Racecourse een helikopter landingsplaats gecreëerd  waar nog meer helikopters vanuit Barbados konden landen. De Britse gouverneur die was omsingeld in zijn ambtswoning werd bevrijd en de studenten van de Medical School (die overigens nooit bedreigd of gegijzeld waren) konden worden geëvacueerd naar één van de schepen voor de kust.

 
Opleidingskamp

Fort George werd ingenomen en het radiostation werd bezet evenals het politiehoofdkantoor en de Politie Academie. De gevangenen in Richmond Hill Prison, waaronder veelal opponenten van de RMC, bleken zichzelf al bevrijd te hebben. Bij de Calivigny Barakken waar een belangrijk  deel van de RMC milities zich samen met een groot aantal Cubanen had verschanst, werd nog zwaar strijd gevoerd. Nadat ook hier de weerstand was gebroken vond men er een compleet opleidingskamp voor Zuid Amerikaanse terroristen.
      Al met al woedde er op diverse plekken in de stad en elders op het eiland nog flinke strijd. Op de twee andere bewoonde eilanden Carriacou en Petite Martinique was het rustig gebleven en na drie dagen was toch ook op Grenada de strijd grotendeels gestreden.

De Rangers en Marines vlogen terug naar huis of vervolgden hun weg met de oorlogsschepen naar Libanon. De Amerikaanse studenten konden terug naar huis, het complete Grenadaanse Corps Diplomatique, veelal afkomstig uit Oostblok landen, werd naar huis gestuurd. De Cubanen moesten terug naar Cuba en Kolonel Tortolo die zich had verschanst in de Soviet Ambassade, kon ook naar huis.

De invasie had miljoenen dollars gekost en kostte aan bijna 200 Grenadanen - burgers en militie -, ruim 40 Amerikanen en 70 Cubanen het leven.  

Operation Urgent Fury wordt op Grenada vooral gezien als een actie tegen de Marxistische clan die de populaire socialist Maurice Bishop vermoordde, en zou daarmee dus veel meer een bevrijdingsactie in plaats van een invasie zijn geweest. Aan de andere kant vinden velen dat de VS de moord op Bishop hebben aangegrepen en als excuus gebruikt om de linkse politiek op Grenada definitief de nek om te draaien. De studenten die geëvacueerd moesten worden fungeerden daarbij als een handige bijkomstige legitimatie.

Hoe het ook zij, Maurice Bishop, voor wie ten tijde van zijn huisarrest de grootste menigte (300.000) die Grenada ooit had gezien op de been was gekomen, kreeg na jarenlange ontkenning in 2009 toch uiteindelijk eerherstel.

Op 29 mei van dat jaar werd het internationale vliegveld van Grenada, Point Salines Airport, officieel omgedoopt tot Maurice Bishop International Airport.

  

 

 

Rolf Weijburg's Atlas van de 25 kleinste landen in de wereld

 KliHIER voor alle afleveringen