Nieuwe woorden
- Details
- Hoofdcategorie: Nieuwe woorden (111)
- Categorie: Nieuwe woorden
Toeslagenschandaal
Het meest gebruikte woord de afgelopen dagen was toeslagenaffaire.
Rutte sprak vandaag tijdens zijn persconferentie echter over het toeslagenschandaal.
- Details
- Hoofdcategorie: Nieuwe woorden (111)
- Categorie: Nieuwe woorden
Een studentikoos cadeautje
In 1987 begeleidde ik een groepje studenten van de School voor Journalistiek in Utrecht. Zij hadden zich gespecialiseerd in radio en zouden het jaar daarop afstuderen.
Ik legde de nadruk op verzorgd taalgebruik en gaf voortdurend voorbeelden van krom, onzorgvuldig, quasi-modern en populistisch Nederlands. Daar had ik een lange lijst voorbeelden van.
Halverwege het trimester verscheen het boekje Turbotaal van Jan Kuitenbrouwer.
Een boekje (Van socio.babble tot yuppie.speak) met krom, onzorgvuldig, quasi-modern en populistisch taalgebruik.
Dat boekje werd een enorm succes. Ik kreeg het direct na verschijnen van de studenten cadeau.
Cadeautje
Ze keken daar erg triomfantelijk bij, want een opmerking die ik voor de radio gemaakt had, werd in dat boekje geciteerd. En dat was bepaald niet positief bedoeld.
Ik had gezegd: ’ongeveer zoiets als’.
Dat was een -signaleerde Kuitenbrouwer- pleonastische verhaspeling. Er waren meer van dit soort ''argeloze kromsprekers'' bij de omroep.
Ze hadden nog iets gemeen: Het waren allemaal veelverdieners.
Althans: volgens Kuitenbrouwer.
Verhaspelaars
Een paar kreten uit die tijd:
Zometeen (ook wel someteen, sommeteen of zomerteen)
Voordat we het gaan hebben, waarover we het zometeen gaan hebben, hebben we het over....
Hoppa, daar gaan we weer
Wat jij daar doet is echt wreed (goed!)
Dat vind ik nou echt retegoed (Verdomd goed) (Retecool) (Retevet)
Dat gaan we niet doen; echt niet!
Dat gaan we niet doen; no way
Je moet doen wat je niet laten kunt; doe maar lekker belangrijk!
Oh ja joh, meen je dat nou echt?
Ga weg!
Dat is niet cool, eerder lauw
Ik ben niet erg geïnteresseerd, qua kunst (qua politiek) (qua voetbal)
Het was waanzinnig gezelly
Dat is niet waar, absoluut niet, pas du tout
Vet wel, dat nummer
Daar ga ik niet heen hoor, qua depritent
Doe maar even opruimen, ja!
(1987! Echt waar)
Onze Taal; Snappez-vous; Gesnopen
Ik heb er ook even het nummer van juni 1987 van Onze TaaL bij genomen.
Daarin ondermeer aandacht voor het verschijnsel xenomanie, de verering van al wat uit het buitenland komt.
En dat weer toegspitst op ons taalgebruik, waar we toen ook al veel Engelse en Amerikaanse woorden en begrippen gebruikten.
Dat is ondermeer toe te schrijven aan het simpele feit dat voor sommige woorden geen Nederlandse begrippen zijn.
Voorbeelden: Jazz, timing, pudding, jetlag, limerick, groupie.
Populistisch taalgebruik natuurlijk: Goeiedag wordt ciau, bye of seeyou.
En begrijp-je wordt dan weer you see, snappez-vous of het keurig Nederlandse gesnopen.
Buitenlandse beeldspraak wordt ook gesignaleerd.
Mer à boire, babyboom, blackbox, brainstorm, finishing touch, headhunter, pin-up.
(1987! Echt waar)
(Eerder geplaatst janauri 2017; bijgewerkte versie)
- Details
- Hoofdcategorie: Nieuwe woorden (111)
- Categorie: Nieuwe woorden
Ik ontving deze niet onplezierige reactie:
Beste Ronald,
Heerlijk om op jouw site rond te dolen. Ik heb al veel gegrinnikt en geglimlacht.
Ik bied je een bijdrage aan, waarmee je wellicht wat kunt.
Met hartelijke groeten,
Ot Louw
ON-WOORDEN ZONDER ON-, MAAR ONGEBRUIKELIJK
Een lijst van voornamelijke bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden, afgeleid van de vorm met het voorvoegsel -on, maar dan zonder dit voorvoegsel. Alsmede enkele zelfstandig naamwoorden.
On-woorden bestaan bij de gratie van hun tegenhanger. Ze suggereren een tegenstelling met datzelfde woord zonder on. Meestal bestaan die woorden dan ook: rijp/onrijp, rein/onrein, waar/onwaar, klaar/onklaar, gezellig/ongezellig. Maar van een klein aantal on-woorden is de positieve variant op zijn minst zeer ongebruikelijk. In de Van Dale komen onderstaande woorden dan ook niet voor.
Nog een kanttekening: de woorden eindigend op -elijk, komen (soms) wel voor eindigend op -ig en vice versa.
En de woorden die lijken op (homoniem zijn met) een voltooid deelwoord, zijn hier niet dusdanig opgevoerd, maar als bijwoord of bijvoeglijk naamwoord.
aangezocht, ten huwelijk gevraagd
aanraakbaar, aan te raken
aantastbaar, aan te raken
afscheidelijk, af te scheiden
baatzuchtig, op gewin uit zijn
bandig, aan band of breidel gehoorzamend
bedaarlijk, ingehouden
bedwingbaar, te bedwingen
begonnen, met uitzicht op resultaat
beholpen, zich wetende te helpen
behouwen, goed gemanierd
benullig, met benul of begrip
berekenbaar, goed te volgen
berispelijk, wel te berispen
beschaamdheid, znw, schaamtevolheid
beschoft, keurig uitgedrukt
beschrijfelijk, wel degelijk te noteren
besproken, iemand van besproken gedrag
bestaanbaar, mogelijkheid dat iets bestaat
besuisd, wel gericht
bevangen, gespitst
bezonnen, goed bij zinnen
bruik, nog steeds gebruikt
deugend
doordringbaar
doorgrondelijk
gebreideld, gehoorzaam
gedeerd, getroffen
gedierte, welkome levende have
geëvenaard (bnw), als in een geëvenaarde prestatie. [Het voltooid deelwoord is wel gebruikelijk].
gelooflijk, te geloven
gemanierd, met manieren
genaakbaar, toegankelijk
geneselijk, te genezen. Ik heb het mijn huisarts nooit horen gebruiken.
gerechtigheid, wat er in thuis hoort
gerede, bruikbaar
gerept, aangeroerd
gerijmd(heid), iets dat wel zeker mogelijk is
gesteld, niet menstruerend
geveer, precies
gewis, zeker
handelbaar, aangenaam in de omgang
heilspellend, met de beste verwachtingen
herroepelijk, valt op terug te komen
heus, netjes
kreukbaar, met wat schandvlekjes
kruidverdelger hoort hier als zelfstandig naamwoord eigenlijk niet bij, maar toch leuk
line, niet beschikbaar
losmakelijk, ontkoppelbaar
middellijk, kan ook wat later
min, in goede harmonie
misbaar, wel degelijk te missen
miskenbaar, ‘daar kun je je wel eens in vergissen’
nadenkend, weloverwogen
naspeurbaar
navolgbaar, ‘Kan ik ook!’
noemelijk, beetje, bevatbare hoeveelheid
nozel, schrander
ogenlijk, ziet er lekker uit
oirbaar
omstotelijk, eenvoudig van tafel te vegen
omwonden, met veel zijpaden en uitvluchten
ontkoombaar
oordeelkundig
passelijk
rustbarend, rustgevend
ruststoker, wil rust in de tent
schatbaar, redelijk in te schatten
stilbaar, goed te stillen [m.n. van honger]
stuitbaar, best te stuiten
stuimig, rustig, kalm, ‘Goh, wat een heerlijk stuimig weer vandaag’
tegenzeglijk, ‘Daar valt nog wel wat tegen in te brengen’.
tiegelijk, in geringe mate
toelaatbaar, mag
troostbaar, te troosten
tucht, ooit wel eens een vriendin voorgesteld tucht met haar te plegen?
uitputtelijk, eindig
uitroeibaar, totaal verwijderbaar
uitsprekelijk, eenvoudig te verwoorden
uitstaanbaar, wel te harden
uitwisbaar, ‘het bezoek aan het Magnetronmuseum heeft een uitwisbare indruk op me achtergelaten!’.
verbeterlijk, er is nog hoop
verbiddelijk, met wat moeite krijg je mijn fiat
verbrekelijk
verdroten
vergeeflijk, te vergeven
vergetelijk, ‘was niet veel aan’
verhoeds, gericht
verhoopt, wat gehoopt is
verkwikkelijk, zedelijk hoogstaand
verlaat
verlet, op de lange baan geschoven
vermoede,
vermoeibaar
vermurwbaar,
vermijdelijk
versaagd, verschrokken
verschillig, ‘Het doet er wel degelijk toe’
verschrokken, laf
verslijtbaar
verstoorbaar, licht geraakt
vertogen, kies, gepast, maar ook: uitgesteld
vervaard, bevreesd
verveerd, [on~ niet in Van Dale! Komt nota bene voor in ons volkslied], slap
vervroren, ingehouden, bedeesd
vervulbaar, te vervullen
verwijld, na enige aarzeling
verwoestbaar, blijft niet veel van over
verzadigbaar, hij kent zijn beperkingen, grenzen
verzettelijk, buigzaam, wrikbaar
verzoenlijk
vindbaar, ‘Ik had ‘m zo!’
wankelbaar, mogelijkheid tot wankelen
weersbui / weerswolk/ weerslucht
weerstaanbaar, ‘Ik was niet zo’n fan van Seth Gaaikema. Ik herinner me één keer weerstaanbaar te hebben gelachen’.
welvoegelijk, aangepast
wennig(heid), gewend
wetendheid, op de hoogte
wrikbaar, verzettelijk, buigzaam
zijdig, aan een zijde staand
- Details
- Hoofdcategorie: Nieuwe woorden (111)
- Categorie: Nieuwe woorden
Allitererende schades
Op de radio wordt aandacht besteed aan het Groot Nederlands Vloekboek. Daarin wordt een nieuw begrip gelanceerd: Scheldschade.
Mooi woord.
De diverse scheldwoorden in dit boek krijgen een kwalificatie. Hoeveel schade richt je aan als je zo’n woord gebruikt en hoe ervaren de mensen dat. Het lijkt me duidelijk dat godverdomme of vuile teringhoer hoger scoren dan kloothommel, schijtlijster of belhamel.
Toen ik het hoorde ging ik maar eens bij mezelf na wat voor allitererende schade er zoal nog meer te verzinnen is. Je moet toch wat op een lange autorit.
Zonder naar enige volledigheid te streven kom ik bijvoorbeeld op:
Schuldschade
Scheidingsschade
Schandeschade
Schaamteschade
Schaduwschade
Schaatsschade
Schalmeischade
Schaarschade
Schipschade
Scheepsschade
Schakelschade
Schansschade
Schuurschade
Schijnschade
Schavotschade
Schedelschade
Scheerlijnschade
Schoenschade
Schoffelschade
Schommelschade
Schrootjesschade
Schoorsteenschade
Schorpioenschade
Schorsschade
Schotschade
Schotelschade
Schouderschade
Schouwschade
Schouwburgschade
Schraagschade
Schurftschade
Schuurmachineschade
Scheppersschade
Scheppingsschade
- Details
- Hoofdcategorie: Nieuwe woorden (111)
- Categorie: Nieuwe woorden
Een Duitse Kundin
Mevrouw Marlies Krämer uit het Duitse Saarland wil dat zij door haar bank wordt aangesproken en aangeschreven als ‘’kundin’’. Zij is er zelfs een rechtszaak over begonnen. In eerste instantie is zij niet in het gelijk gesteld, maar ze is in hoger beroep gegaan. Frau Krämer is 80 jaar en een leven lang feministe en geen feminist.
Bestaat er in het Nederlands een vrouwelijke versie van klant? Ik heb eens wat gezocht, maar kan het niet vinden.
Klante? Klantse? Klantin? Klantine?
We moeten overgaan tot een synoniem. Cliënt dus, want dat kan cliënte worden.
Zijn er nog meer van dit soort woorden?
Natuurlijk.
Professor, hoogleraar, arts, minister, staatssecretaris, burgemeester, notaris om maar wat te noemen. Geen vrouw van te maken.
Beroepen met een hoge sociale status.
Andersom komt het ook voor. Veelal beroepen met een lagere sociale status.
Werkster, poetsvrouw, secretaresse, vroedvrouw. Geen man van te maken.
Secretaris? Dat wordt gebruikt voor hoge functies. Een mannelijke secretaresse wordt aangeduid als persoonlijk assistent of -beter nog- medewerker.
Zijn hier regels voor?
Nee!
Het wordt overgelaten aan het spel der vrije krachten of simpel gezegd: een ieder doet maar waar hij -of zij- zin in heeft.
Je kunt er dan wat gedachten op loslaten.
Naast een leraar bestaat een lerares. Maar niet iedere lerares stelt er prijs op om zo genoemd te worden. Leraar kan dus mannelijk of vrouwelijk zijn.
Waarom een vrouwelijke hoogleraar dan weer geen hooglerares wordt genoemd is volkomen onduidelijk.
Naast een dichter bestaat dichteres, maar ik ken geen enkele dichteres die zich zo noemt.
Daarentegen zijn er wel vrouwelijke schrijvers die zich met plezier schrijfster noemen.
Maar voor auteur hebben we geen auteurse.
Een vrouwelijke dominee wordt wel eens domina genoemd, maar erg algemeen is dit niet.
Daarnaast bestaat er ook domineese, maar dat is de vrouw van de dominee.
Iets dergelijks doet zich in veel gevallen voor met boer en boerin.
Is er een mannelijke vorm voor caissière? Caissier?
Is er een mannelijke vorm voor hoer? Of voor prostituee?
Ik heb ’t niet gevonden. Een synoniem natuurlijk wel: gigolo.
Een man die naar de hoeren gaat is een prostituant, maar is een vrouw die naar een prostituee gaat een prostituante?
Kan een man ook een heks zijn? En hoe heet hij dan?
Kan een man een slet zijn; of een slettenbak?
Een mannelijke ballerina is een ballerino, maar dat hoor ik nooit. Hij is een balletdanser.
Als zij een danseuse is, is hij dan een danseur?
Wordt een ouvreuse een ouvreur?
Er zijn trouwens ook beroepen, die een sekseneutrale naam hebben gekregen.
Een verpleegster en een verpleger kunnen beide vallen onder de noemer verpleegkundige.
Vroedvrouw en het vrijwel nooit gebruikte vroedman vallen onder verloskundige.
Leraar en lerares onder leerkracht.
Dominee en domina onder geestelijke.
Frau Krämer blijft afwachten. Zij is in beroep gegaan bij het Bunderverfassungsgericht, de hoogste rechterlijke instantie in Duitsland. Ooit weigerde zij een identiteitsbewijs te accepteren, omdat de overheid haar niet met eigenaresse aanduidde.
Zij heeft inmiddels behoorlijk wat bijval gekregen, hoewel er ook genoeg mensen zijn die haar een zeurpiet vinden. Maar daar is geen vrouwelijke variant van.
Een tuthola dan maar.
Pagina 2 van 22